• Het verhaal van familielid Annemieke .

Annemiekes moeder woont op de Dennenlaan bij Floriaan in Bladel. Dennenlaan is een leerafdeling met opendeurbeleid waar mensen met een vorm van dementie wonen.

“Dankbaar dat mijn, altijd zo zelfstandige moeder, bij Oktober op de Dennenlaan mag wonen!”

Ik ben hier dankbaar voor omdat ik ervaar dat we samen proberen te zoeken naar de best passende zorg met kwaliteit van leven, waarin het verhaal van mijn moeder centraal staat. Mijn grootste angst en de angst van mijn moeder was altijd dat ze haar eigen regie zou verliezen, mocht ze dementie krijgen. Wij hebben als drie kinderen geprobeerd mam zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Samen met familie, vrienden én professionele zorg is dat lange tijd gelukt. Gelukkig kwam daar op het juiste moment een plek in Bladel, in de buurt van haar woonplaats Casteren.

Het verhaal centraal en daarbij aansluiten

Bij de kennismaking hoorden we dat het om een leerafdeling ging. Op deze leerafdeling staat kwaliteit van leven en zoveel mogelijk aansluiten bij het leven van de bewoner centraal. Dat sprak ons zeer aan!

Voorbeeld

Toch waren de eerste maanden niet makkelijk voor haar en voor ons. Om een voorbeeld te geven; Mam was fysiek nog erg fit en gewend om pas rond 00.00 uur naar bed te gaan. Wij kwamen er echter achter dat de zorgmedewerkers al om 23.00 uur stoppen en het dan overdragen aan de nachtdienst. Dat wisten wij niet van tevoren. Mijn moeder belde ons dan wel eens midden in de nacht op omdat ze niet wist waar ze was en in paniek was. Dit waren moeilijke momenten. Het mooie hieraan is dat er een gesprek werd gepland met de zorgmedewerkers, waarin de lastige opstart gewoon besproken werd. Zaken die niet goed waren gegaan werden erkend en samen werd gekeken hoe we ons mam beter konden laten ‘landen’ op de Dennenlaan. De verpleging was oprecht geïnteresseerd in het levensverhaal van mam en onze perspectieven, om op die manier de best mogelijke keuzes te maken voor de zorg en haar kwaliteit van leven!

Het samen zoeken, fouten erkennen, delen van onze perspectieven als naasten en de perspectieven van de professionals heeft me het meeste geraakt. De zorgmedewerkers staan open om te leren en te proberen, complimenten worden gewaardeerd en met de negatieve feedback wordt ook daadwerkelijk iets gedaan.

Samen kijken naar een passende oplossing

Mijn moeder maakte veel gebruik van haar mobiele telefoon en deze had ze dus ook bij. Doordat ze vooral in de nachten onrustig, verdrietig en angstig was, belde ze ons regelmatig. Ze smeekte ons om haar te komen halen. Dat had een enorme emotionele impact op ons en versterkte het gevoel van machteloosheid. De zorgmedewerkers vroegen zich af of de telefoon niet voor meer onrust zorgde voor mam en of dit mogelijk zou afnemen als ze de telefoon niet meer had. Ook in deze situatie werd dus niet gezegd: “de telefoon moet weg” of “ons lijkt het beter dat die weg gaat.” Nee, het was een gedachte die ze met ons deelden. Zonder overtuiging, maar vanuit het verkennen van de verschillende perspectieven en opties. Voor de zorgmedewerkers was het veel makkelijker geweest om ons te adviseren de telefoon weg te doen. Het leverde hen ook allemaal maar extra werk op. Maar gelukkig mocht het verhaal centraal staan. Deze telefoon is voor mam en voor ons namelijk meer dan een mobieltje. Met haar telefoon liet ze ons altijd weten of ze veilig thuis was gekomen én wenste ze ons welterusten. Het was voor ons als kinderen dan ook een hele stap om toch te besluiten om haar mobiel een tijdje niet te gebruiken om te kijken of het haar rust zou geven. Wij vonden dat echt heel lastig en daarvoor was alle begrip. Wij konden als familie zelf het moment bepalen en samen hebben we bedacht hoe we dat aan zouden pakken. Dus geen protocol, geen vooraf bepaalde regels, maar samen zoeken naar de best passende zorg en kwaliteit van leven.

Iedereen heeft een eigen verhaal

Naasten van mensen met dementie kennen het levensverhaal van de bewoner en de zorgmedewerkers hebben een professioneel en aanvullend perspectief, waardoor je samen tot een plan van aanpak kunt komen. Eigen regie houden en de ander zo goed mogelijk verzorgen of beschermen, vraagt dat we elkaar leren kennen, nieuwsgierig zijn naar de verschillende perspectieven en samen komen tot een plan.

De woonkamer voelt ook als onze woonkamer

Eén keer per maand kom ik koken op de Dennenlaan. Mijn broer gaat vaak mee naar de muziekbijeenkomsten. De woonkamer voelt ook als onze woonkamer. Als ik koffiezet, geef ik iedereen die zin heeft een kopje koffie. En als mijn broer naar de muziekochtend gaat, neemt hij andere bewoners die graag meegaan ook mee. Andere familieleden of naasten van de bewoners doen weer andere dingen, waardoor we met elkaar samen zorgen voor onze ouder of man/vrouw. Daardoor leren wij elkaar steeds beter kennen en voelt het als een gezamenlijke woonkamer en samen zorg dragen voor de mensen die daar wonen, inclusief mijn moeder.

Open deuren en risico’s

De deuren op de Dennenlaan zijn open. Dat brengt risico’s met zich mee. Het gaat er denk ik om dat we deze risico’s met elkaar bespreekbaar maken en keer op keer maatwerk proberen te leveren. Tegelijkertijd begrijp ik ook dat het ‘’open deuren beleid’ voor verplegend personeel beangstigend kan zijn; “wat als er iets gebeurt in mijn dienst, heb ik dan gefaald en hoe ga ik dan om met mijn schuldgevoel of verdriet?” Het in gesprek gaan met familie is dan heel belangrijk. Hoe kijken familieleden hiernaar en welke risico’s horen bij deze levensfase en bij deze bewoners? Welke risico’s willen we wel of niet nemen en hoe doen we dat dan met elkaar? Ten aanzien van onze situatie kan ik zeggen dat wij heel blij zijn met de openheid en vrijheid (inclusief de risico’s), die het opendeurenbeleid brengt. Gelukkig zijn er ook steeds meer innovaties op de markt die controle faciliteren met een grote mate van vrijheid en eigen regie.

 

 

 

“We doen het samen.”